De meest voorkomende uitwendige parasieten zijn de vlo en de teek, hieronder kunt u meer informatie vinden over deze parasieten. Daarna volgt er nog een tekst over de inwendige parasieten, de lintworm en spoelworm.
Vlooien
Kleine bruine, springende diertjes tussen de haren van de hond of de kat betekent: vlooien. Maar ook als u ze niet vindt, sluit dat een vlooienbesmetting niet uit. Uw oog valt maar op een klein stukje huid en een vlo is heel snel een stukje verder op. Bovendien brengt de vlo maar een klein deel van zijn leven door op de gastheer. Eitjes en larfjes bevinden zich altijd in de omgeving van een dier, in uw huis dus.
Vlooien verraden hun aanwezigheid vaak door de aanwezigheid van vlooienpoep, zwart-bruine korrels tussen de haren.
Soms vindt u op de ligplaats van een dier speldenkop kleine witte bolletjes, de vlooieneitjes. De vlo moet, om zich voort te kunnen planten, bloed zuigen bij een hond of kat.
Bij honden en katten met een vlooienallergie veroorzaakt een enkele vlooienbeet al een allergische reactie, die dagenlang een geïrriteerde huid en jeuk veroorzaakt.
Een ander gevolg van de vlooien kan het overbrengen van een lintworm zijn. De vlo is de zogenaamde tussengastheer voor de lintworm. De hond of kat kan besmet worden als er, met het reinigen van de eigen vacht, een vlootje wordt opgegeten.
Vlooienbestrijding is dus voor alle huisdieren van belang; bij allergische dieren moet de vlooienbestrijding er bovendien op gericht zijn om iedere vlooienbeet te voorkomen. Vlooien moeten zowel in het huis als op de dieren (alle honden en katten in een huis) worden bestreden.
Vlooien bestrijden
Er zijn meerdere vlooienbestrijdingsmiddelen te verkrijgen. Ze zijn er in de vorm van pipet, tablet, band of per injectie door de dierenarts (program). Laat u informeren wat voor u en uw kat de beste oplossing is.
Teken
In de wintermaanden houden teken rust, maar vanaf maart komen ze weer behoorlijk in actie. Een teek is een spinachtig diertje dat zich vastbijt in de huid van een zoogdier om daar bloed op te zuigen. Dan zwelt het millimetergrote diertje op tot een grijzig bolletje van meer dan 1/2 cm.
Na enkele dagen laat de teek vanzelf los en kan zich na die bloedmaaltijd ontwikkelen tot een volgende levensfase. Een teek begint z’n leven als een larve en ontwikkelt zich via een aantal tussenstadia , in 2-3 jaar tot een volwassen teek.
Teken leven vooral in bossen en struiken. Ze zijn het meest actief bij vochtige en warme omstandigheden.
Het risico om een teek op te lopen is er vooral bij boswandelingen, maar ook in duingebieden, parken en tuinen komen ze voor. Vanuit het struikgewas laten ze zich vallen op een passerend zoogdier; mens, hond of kat bijvoorbeeld.
Voor de mens is het risico groter naarmate er meer onbedekte huiddelen zijn, want de teek heeft alleen belangstelling voor een blote mensenhuid. Uiteraard is het al niet een plezierig idee dat er een beestje in je eigen lijf of dat van je huisdier zit. Maar de bestrijding is vooral belangrijk omdat teken ziekten op mens of dier kunnen overbrengen.
Tekenbestrijding
Het is dus van belang om teken snel te verwijderen of liever nog te voorkomen.
Om een teek te verwijderen moet deze zo dicht mogelijk bij de huid worden vastgepakt en daarna met een draaiende beweging en een geleidelijke kracht uit de huid getrokken worden. Gebruik een speciale tekenpincet die goed houvast geeft. Hiermee voorkomt u dat er in het lijf van de teek wordt geknepen. Als gevolg van knijpen in het lijf (en ook bij het verdoven met alcohol) kan de teek vlak voor het verwijderen nog even de inhoud uit z’n lijfje in de gastheer persen.
Na het verwijderen kunt u het plekje ontsmetten met alcohol of betadine. Als er een klein stukje van de monddelen van de teek in de huid blijft zitten is dat niet erg. Een teek kan niet meer aangroeien en een achtergebleven stukje wordt, net als een splinter door een lichte ontstekingsreactie uit het lichaam verwijderd.
De preventie van teken kan op verschillende manieren. Voor katten zijn er pipetjes voor op de huid of een band beschikbaar. Deze middelen zorgen dat de teek zich niet meer vasthecht of anders heel snel weer afvalt. Vraag in de kliniek naar de mogelijkheden en kijk in overleg met ons welk bestrijdingsmiddel voor uw dier het meest geschikt is.
Inwendige parasieten
Lintwormen
Lintwormen (cestodes) zijn veel voorkomende parasieten in de dunne darm van honden en katten; ze zijn plat en kunnen van een paar millimeter (Echinococcus) tot 2,5 meter (Taenia hydatigena) lang zijn.
De wormen hechten zich aan de darmwand van de kat. Ze leven van de darminhoud die via hun integument (‘huid’) wordt geabsorbeerd.
Hoe worden lintwormen overgedragen?
Volwassen lintwormen leven in de darmen van katten waar ze eitjes leggen die in de omgeving terechtkomen via de uitwerpselen van de kat. Deze eitjes bevatten een larve in het eerste stadium en, wanneer ze worden opgegeten door een tussengastheer, bijvoorbeeld
- een klein zoogdier zoals een muis – voor Taenia en Echinococcus multilocularis -,
- een herkauwer – voor Echinococcus granulosus en Taenia -,
- of een geleedpotige (vlo of luis) – voor Dipylidium caninum -,
zet de ontwikkeling zich voort tot aan het tweede larvestadium. Deze larven zijn besmettelijk voor de kat en, wanneer deze laatste de tussengastheer of zijn weefsels inslikt, hechten ze zich aan de darmwand en worden binnen enkele weken volwassen
Lintwormbesmetting behandelen
Er zijn in de handel een paar wormendodende middelen verkrijgbaar voor de behandeling en bestrijding van de belangrijkste cestodebesmettingen bij katten. Enkele daarvan werken ook tegen alle andere veel voorkomende hondenwormen en zorgen zo voor een volledige bescherming van je huisdier en jezelf.
Zorg ervoor dat je je huisdier het middel geeft dat het beste voldoet aan zijn en jouw behoeften voor wat betreft gebruiksgemak, doeltreffendheid en veiligheid (vooral bij de behandeling van erg jonge pups).
Spoelwormen
Een volwassen spoelworm produceert tot 200.000 eitjes per dag, die vervolgens vele jaren in de omgeving als besmettelijk eitje aanwezig kunnen blijven. Katten kunnen dus besmet raken vanuit de omgeving, zowel direct als via zo genaamde tussengastheren: regenwormen, kevers, muizen, kleine vogels etc.
Kittens worden zelfs al in de baarmoeder besmet door larven uit het lichaam van hun moeder. Ook de melk kan de besmettelijke larven bevatten. Later komen daar de infecties vanuit de leefomgeving bij.
Zowel de volwassen wormen in de darm, als de larven, die een uitgebreide trektocht door het lichaam maken, veroorzaken ziektesymptomen. Daarnaast is de hondenspoelworm, net als de kattenspoelworm, een zogenaamde zoönose. Dat betekent dat niet alleen dieren maar ook mensen makkelijk besmet kunnen raken door de eitjes in de omgeving.
Dat resulteert weliswaar niet in de ontwikkeling van volwassen spoelwormen in de darm, maar de trektocht die de larven maken door het lichaam veroorzaakt vooral bij kinderen de nodige klachten.
Bij kinderen met bijvoorbeeld aanleg voor astma kunnen de astmasymptomen worden opgewekt door deze larven.
Ontwormingsschema
Regelmatige en consequente ontworming is dus niet alleen van belang voor de kat, maar ook voor de volksgezondheid. Daarbij hanteren we het volgende schema:
- Volwassen katten moeten minimaal 4x per jaar worden ontwormd, en fokdieren liever nog vaker.
- Kittens moeten worden ontwormd op 2, 4, 6 en 8 weken leeftijd. Daarna iedere 2 maanden tot ze een half jaar oud zijn.
- Zogende moederdieren moeten steeds tegelijk met hun kittens worden ontwormd.
- Ontworming van drachtige dieren kan zinvol zijn; overleg met de dierenarts over de keuze van het juiste middel en tijdstip van toediening is daarbij belangrijk.
Wanneer u lid wordt van onze Healthy Pet Club, is uw dier voor een vast bedrag per maand het hele jaar voorzien van de benodigde ontworming en bescherming tegen vlooien en teken! Bovendien kunt u gebruik maken van nog veel meer voordelen. Hoe? Kijk hier voor meer informatie.